22 oktober 2021
Persbericht
Sinds het “lekken” van een rapport van de Staatsveiligheid dat in een reportage van de VRT (PANO) werd vermeld en dat ten onrechte werd geïnterpreteerd als een betrokkenheid van de heer Mehmet ÜSTÜN, voorzitter van het EMB, bij de verspreiding van het islamisme in de provincie Limburg, berichten verschillende media nog steeds over deze totaal ongegronde en onterechte interpretatie (met name het dagblad De Tijd van 19 oktober 2021).
Deze onjuiste informatie, die wij hebben betwist en aan de kaak gesteld, werd ook officieel ontkend door de minister van Justitie, in de Commissie Justitie van het Federale Parlement, maar ook door de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, de heer Bart Somers, ten overstaan van het Vlaamse Parlement.
Het lijkt ons duidelijk dat de verspreiding van deze informatie alleen bedoeld is om onze instelling te verzwakken door een aanslag te plegen op de waardigheid en integriteit van de heer Mehmet ÜSTÜN, die al vele jaren bekend staat als een man van openheid, vrede en dialoog.
Deze ongelukkige gebeurtenis, die wij ten zeerste betreuren, doet uiteraard geen afbreuk aan het vertrouwen en de steun die de moslimburgers nog steeds hebben voor de voorzitter van het EMB, die zich al 35 jaar inzet voor de institutionalisering van de islam in België, de interreligieuze harmonie en het “samen leven”.
Het EMB is al zeer lang betrokken bij de interreligieuze dialoog en de preventie van radicalisme, via talrijke verwezenlijkingen en projecten.
Onze voorzitter in verband brengen met de verspreiding van extremistische ideeën is eenvoudigweg onaanvaardbaar!
Daarom vragen wij de weinige journalisten die soms overhaaste conclusies trekken, voor eens en voor altijd op te houden met het verspreiden van dergelijke valse beschuldigingen.
Het Bureau van het EMB